UMCG-topman: ‘Noord-Nederland past bescheidenheid en trots’

11-05/2020

Noord-Nederland is opmerkelijk succesvol in de aanpak van de coronacrisis. Het aantal besmettingen is laag. Ook het aantal opnames van covid-19-patiënten in ziekenhuizen en op intensive cares ligt aanzienlijk lager dan de rest van Nederland. Logisch, zeggen mensen in de Randstad, want de noordelijke provincies zijn dunbevolkt en de uitbraak begon in Zuid-Nederland. Puur toeval dus? Of is het succes te danken aan het beleid van indammen en opsporen dat de noordelijke provincies van aanvang aan hebben gedaan, soms zelfs tegen de wil van nationale beleidsmakers in?

 

Ate van der Zee: bescheidenheid en trots

‘Ons past een mengeling van bescheidenheid en trots’, zegt Ate van der Zee, UMCG-bestuursvoorzitter en voorzitter van het regionale overleg acute zorg (ROAZ) in Noord-Nederland. Hij wil niets weten van een beeldvorming waarin Noord-Nederland zichzelf stoer op de borst klopt. In zijn ogen is het succes te danken aan een mengeling van toeval en bewuste beleidskeuzes. ‘We hadden het voordeel dat onze voorjaarsvakantie vroeg viel. Toen noorderlingen op vakantie waren in Italië was het virus daar nog nauwelijks actief. Het virus kwam binnen in het Zuiden en dat gaf ons tijd om te reageren en de juiste keuzes te maken.’

 

Indammen, opsporen en isoleren

Van begin af aan koos Noord-Nederland voor de strategie van indammen, opsporen en isoleren. De architect van dit beleid is arts-microbioloog Alex Friedrich, hoofd van de afdeling medische microbiologie en infectieziekten in het UMCG. Van der Zee: ‘Friedrich wist uit zijn contacten in Noord-Italië dat er een groot gevaar was dat ziekenhuizen de motor van de pandemie zouden worden. Om dat te voorkomen zijn we vroegtijdig en laagdrempelig zorgmedewerkers in de Noordelijke ziekenhuizen gaan testen, ook als ze milde klachten hebben. Groningen Stad is qua inwonersaantal de vijfde stad van Nederland. Het UMCG is een grote werkgever met 12.500 werknemers. Met onze aanpak hebben we voorkomen dat het UMCG de motor van de pandemie zou worden. De andere noordelijke ziekenhuizen hebben daar ook erg aan meegewerkt.’

 

Minister slikt kritiek in

Het grootschalig testen van eigen zorgmedewerkers is in maart nog geen RIVM-beleid. De afwijkende koers van de Noordelijke provincies lokt kritiek uit van politiek Den Haag en het RIVM. Minister Hugo de Jonge van VWS uit kritiek op het gebruik van testen voor eigen medewerkers, terwijl er schaarste is aan testmateriaal. Later trekt hij die kritiek in. RIVM-directeur Jaap van Dissel plaatst in een Kamerdebat op 8 april kanttekeningen bij de strategie van indammen, want het duurt dan alleen maar langer om groepsimmuniteit te bereiken. Heeft de minister het UMCG onder druk gezet om de strategie te wijzigen?

 

Mitigatie was geen optie

Van der Zee: ‘In het algemeen volgen wij het officiële RIVM-beleid. Maar er was inderdaad in maart een fase waarin wij afweken van het RIVM-beleid. Toen was voor Zuid-Nederland containment geen optie, omdat er te veel besmettingen waren. Maar wij hadden nog niet zo veel besmettingen, dus voor ons was mitigatie juist niet goed. Wij moesten juist continu besmettingen opsporen bij zorgmedewerkers. VWS heeft ons niet zo zeer onder druk gezet, als wel gekapitteld. Wij hebben duidelijk kunnen maken dat onze aanpak paste bij onze fase van de crisis en de minister heeft zijn woorden daarna teruggenomen.’

 

Samenwerking in Noord-Nederland

Opvallend is de nauwe en soepele samenwerking in Noord-Nederland. Niet alleen tussen de ziekenhuizen, maar met zorgaanbieders uit de tweede- en eerstelijnszorg, gemeenten en de GGD Noord-Nederland. De rol van de GGD is cruciaal voor het slagen van de strategie van containment. De GGD moet immers grootschalig testen en contact-onderzoek doen. Dat is zo arbeidsintensief dat nogal wat GGD’en in de rest van Nederland het signaal afgeven dat ze daartoe niet in staat zijn. ‘De GGD Noord-Nederland heeft enorm opgeschaald in een vroege fase van de pandemie. Ze hebben extra personeel aangenomen en geschoold in contact-onderzoek. De GGD, UMCG en screeningsorganisatie CERTE hebben een speciale screeningslocatie voor corona opgericht bij het UMCG. Daar zijn tot 26 april ruim 2.100 zorgmedewerkers getest. Daarvan waren er 200 positief. De laatste twee weken zijn er vrijwel geen positieve tests meer onder zorgmedewerkers. Qua bemensing en testcapaciteit kan onze GGD het aan.’

 

Verspreiden covid-patiënten

Ook Diederik Gommers, voorman van de intensivisten, uitte kritiek op Noord-Nederland dat jullie onvoldoende covid-patiënten overnamen voor de rest van Nederland. ‘Hij heeft die kritiek later ook teruggenomen. Ik heb ontzettend veel respect voor de positieve rol van Gommers en het Landelijke Centrum Patiënten Spreiding bedden. Wij zijn steeds bereid geweest om covid-patiënten over te nemen. Dat is ook op forse schaal gebeurd. In totaal zijn er in Noord-Nederland 200 covid-patiënten op onze ic behandeld, van wie er 61 uit de eigen regio. Maar in de praktijk is het overplaatsen helemaal niet makkelijk puur op logistieke gronden. Een ic-patiënt is niet een pakketje dat je snel verplaatst. Vaak is er al een behandelrelatie. Artsen en patiënten willen alleen verplaatsen als het echt niet anders kan. We hebben ook bedankbrieven ontvangen uit ROAZ Brabant voor de opvang.’

 

Opstarten reguliere zorg

Hebben de ziekenhuizen in Noord-Nederland een voordeel bij het opstarten van de reguliere zorg, omdat jullie relatief weinig covid-19-patiënten hebben? Van der Zee: ‘Nee, dat ook is een misverstand. Wij hebben met alle ziekenhuizen heel vroeg, begin maart, de reguliere zorg enorm afgeschaald. Wij hebben dus dezelfde obstakels als elders bij het opstarten. Hoe voorkom je nu dat je als ziekenhuis alsnog de motor van de pandemie wordt, als je weer opstart. Dat is de uitdaging waar we voor staan. We moeten ons ziekenhuis ombouwen om de 1,5-meter afstand in acht te nemen. Daardoor kunnen we ook veel minder patiënten zien.’

 

Financiële obstakels bij herstart

Ziekenhuizen die de reguliere zorg eerder kunnen opstarten, hebben een financieel voordeel. ‘Ziekenhuizen en zorgverzekeraars zitten samen aan tafel om een plan te maken voor het zo efficiënt mogelijk opstarten van de reguliere zorg. Het kan niet zo zijn dat ziekenhuizen een financieel voordeel behalen als je daar bepaalde behandelingen concentreert. Ziekenhuizen die veel IC-capaciteit beschikbaar houden voor covid, mogen ook geen financieel nadeel ondervinden. Zorgverzekeraars moeten daar financieel comfort geven. We zijn nog zoekende hoe dat moet. Dat is niet eenvoudig, maar gezien de goede samenwerking tot nu verwacht ik dat we daar uitkomen.’

 

Gereguleerde marktwerking

Is die intensieve samenwerking nog wel mogelijk als we teruggaan naar de ‘normale wereld’ van gereguleerde marktwerking? ‘Voorlopig gaan we nog niet terug naar de normale wereld, want de pandemie blijft nog lang bij ons. Dat betekent dat we langdurig moeten inspelen op een steeds wisselende ziekenhuiscapaciteit voor covid-patiënten. We hebben de afgelopen periode gezien dat er onder groter druk qua samenwerking veel meer kan dan we vroeger voor mogelijk hielden. Daarvoor zijn de marktwerkingsmechanismes overboord gezet en dat heeft de samenwerking enorm bevorderd. De samenwerking tussen eerste-, tweede- en derdelijnszorg is echt ongekend. Dat genereert veel positieve energie. Die moeten we vasthouden. De komende periode kunnen we alleen kwalitatief hoogwaardige, toegankelijke en betaalbare zorg leveren als we die samenwerking voortzetten.’